donderdag 10 november 2016

Het kloppen (19)

De twee kinderen stoppen met kloppen. Zelfs de koning en koningin zijn erbij komen staan. Misschien was het toch niet zo'n goed idee om te springen. Thales zei dat hij dat nooit eerder had gezien, misschien is er een reden waarom ze dat niet deden die hij hen niet verteld heeft, of die hij niet kent. Sinne krijgt een kleur, straks hebben ze de lieve monsters per ongeluk beledigd. Ze staart naar haar schoenen.
   "Sorry," zegt ze zacht, haar stem klinkt schor. Kort richt ze haar ogen op Nikos om zijn reactie te lezen. Hij komt verbaasd over. Illaysa glimlacht alleen maar lief.
   "Jullie zijn niet van hier hè?" vraagt Nikos.
   "Nee, dat hadden we toch al gezegd," zegt Lukas lichtelijk geïrriteerd, "waarom vragen jullie dat steeds?"
   "Lukas!" zegt Sinne, en ze geeft hem een por.
Nikos lacht, "sorry," zegt hij, "dat is een monstergrapje. We wilden alleen jullie klop beter bekijken. Die luchtklop is ons niet bekend, doen mensen die veel?"
   "Springen jullie nooit?" vraagt Sinne op haar beurt verbaast, "mensenkinderen springen heel veel, we hebben er zelfs speciale speeltoestellen voor."
   "Niet voor de lol, en niet tijdens het kloppen," zegt de koning, die naar voren is komen lopen, "doe het nog eens voor?" Sinne en Lukas springen beide de lucht in. De koning doet het na, het ziet er heel droog uit. De koningin begint te lachen en probeert het zelf ook eens. De koning blijft als een plank op en neer springen. Ook de prins en prinses springen op en neer, daarna beginnen alle monsters te springen.
   "Ik snap het niet," zegt de koning, "ik doe het vast fout." De koningin pakt hem bij de hand en samen springen ze verder. Illaysa en Nikos springen lachend heen en weer, Illaysa draait zelfs af en toe om haar as in de lucht. De spinnen passen het ritme aan en als vanzelf klinkt het springen er als een drummer doorheen. De koning en koningin gaan terug naar een zwierende klop en een deel van de monsters volgt hun voorbeeld. Illaysa springt verder samen met het jonge monster waar ze naar glimlachte vanaf de eettafel. Prins Nikos reikt zijn hand uit naar Sinne.
   "Laat me jou nu een paar van onze kloppen leren," zegt hij. Sinne knikt, ze wil niets liever. Het lijkt haar zo geweldig om te kunnen kloppen zoals hij. Ze zwaait naar Arend en wordt met de prins tussen de monsters mee gevoerd. Hij leert haar geduldig de passen en al snel kent ze een paar monsternummers.
   Lukas springt vrolijk verder samen met Thales en een klein groepje jonge monsters om hem heen. Een klein blauw monstertje trekt hem aan de mouw en Lukas stopt met springen.
    "Ik neem later net zo'n klop als jij!" zegt het monstertje.
Lukas lacht, "goed zo, minimonster."

Geen opmerkingen:

Een reactie posten